Helderheid in het asieldebat: 5 fabels ontkracht
Asieldebat fabel 1: Er is een asielcrisis
In het asieldebat worden we ermee om de oren geslagen: De Asielcrisis. Maar is er wel een asielcrisis?
Het antwoord is kort: nee. Er is géén asielcrisis. Het kabinet wilde een crisis uitroepen omdat zij het noodrecht wilde activeren, maar die plannen zijn van tafel. Er is namelijk geen sprake van een onverwacht groot aantal asielaanvragen in Nederland. Ook niet in vergelijking met landen om ons heen. Zo kreeg Nederland in 2023 2,2 asielaanvragen per duizend inwoners, in vergelijking met Duitsland (4,2) en België (3).
‘We hebben wél te maken met een schrijnend tekort aan opvangplekken’, zegt Myrthe Wijnkoop, coördinerend senior Lobby en Beleid van VluchtelingenWerk. Vanaf 2017-2018 zijn veel azc’s gesloten en is er te weinig flexibele buffercapaciteit aangehouden voor plotselinge nieuwe aankomsten – zoals de komst van Afghaanse vluchtelingen na de opkomst van de Taliban.
Aantal asielaanvragen daalt
Tegelijkertijd is er fors bezuinigd op de IND, waardoor de wachttijden voor de asielprocedure zijn opgelopen. Daardoor verblijven asielzoekers nu nog langer op de beperkte opvangplekken die nog beschikbaar zijn. Wijnkoop: ‘Er had voor iedereen plek kunnen zijn als de overheid de opvang beter had georganiseerd en asielverzoeken op tijd in behandeling had genomen.’ Helemaal nu er juist minder mensen asiel aanvragen in Nederland dan de prognose van de overheid. ‘Die daling komt niet door de aangekondigde maatregelen’, zegt Wijnkoop resoluut om direct een andere fabel te ontkrachten. ‘Het aantal asielaanvragen daalt in héél Europa. Ondertussen blijft het aantal vluchtelingen wereldwijd gelijk. Door migratiedeals met landen als Tunesië, Turkije en Egypte zitten vluchtelingen vast in grensgebieden buiten Europa. Is dat een reden om je op de borst te kloppen? Ik denk het niet.’
Asieldebat fabel 2: Minder asielzoekers door strengere regels
Het kabinet presenteerde ‘het strengste asielbeleid ooit’ om het aantal asielaanvragen te beperken. Denk aan strengere regels voor gezinshereniging en extra bewijslast voor mensen die vluchten voor onder andere oorlog. Ook kiest het kabinet voor nóg soberder opvangcentra, minder kans op een sociale huurwoning en het verkorten van de verblijfsvergunning van vijf naar drie jaar. Maar gaan deze regels daadwerkelijk het aantal asielaanvragen verminderen? Dat is maar de vraag.
Geen aanzuigende werking
Onderzoek wijst uit dat asielbeleid geen ‘aanzuigende werking’ heeft. Jeroen Doomernik, onderzoeker bij het Instituut voor Migratie en Etnische Studies legt uit: ‘Als mensen zich ergens anders vestigen kijken ze meestal: waar heb ik bekenden? Waar kan ik werken? Die factoren wegen veel zwaarder dan de regels die er gelden.
Op dat moment denk je niet: naar welk land wil ik? Op dat moment denk je: ik wil naar een veilig land.
Niets te kiezen
'En zelfs voor die overweging is niet altijd tijd en ruimte, weet Mohammad Badawi. Hij werkt nu als teamleider bij VluchtelingenWerk in Enschede, maar vluchtte in 2013 uit Syrië. ‘Op dat moment denk je niet: naar welk land wil ik? Op dat moment denk je: ik wil naar een veilig land. Soms hebben vluchtelingen helemaal niets te zeggen over hun eindbestemming; dan bepaalt de smokkelaar.’
Mohammads broer koos wél bewust voor Nederland, omdat zijn familie er al woonde. Dankzij de hulp van Mohammad en zijn vrouw bouwde hij snel een zelfstandig bestaan op. Mohammad: ‘Binnen drie jaar had mijn broer, net als wij, een betaalde baan in de hulpverlening.’ Niet gek dus, dat mensen – áls ze al kunnen kiezen – kiezen voor een plek waar bekenden wonen. Strengere regels en sobere opvang zullen mensen die een veilige plek zoeken niet ontmoedigen om asiel aan te vragen. Het zorgt wél voor nog langere wachttijden, meer onzekerheid en minder mogelijkheden om te integreren in de samenleving.
Asieldebat fabel 3: De Spreidingwet is niet meer nodig
De Spreidingswet is juist heel hard nodig. Op dit moment verblijven meer dan 36.000 asielzoekers, waaronder 6.000 kinderen, in noodopvanglocaties omdat er een tekort is aan reguliere opvangplekken in azc’s. Noodopvang betekent: geïmproviseerde plekken, zoals sportzalen, leegstaan de kantoorpanden of evenementenhallen.
De leefomstandigheden schieten er ernstig tekort. In meer dan de helft van de opvangcentra voldoen de slaapplekken niet aan de richtlijnen, bijvoorbeeld door het ontbreken van een deur om de slaapplek af te sluiten. Vaak delen bewoners toiletten en douches en is er weinig tot niets te doen ter afleiding of om te starten met de integratie. Dat mensen bijna twee jaar in zo’n opvang zitten, is geen uitzondering meer.
Weer opnieuw beginnen
Mohammad Badawi en zijn team begeleiden vluchtelingen die vanuit de opvang in Enschede komen wonen. Ze zien de impact die de noodopvang heeft op hun veerkracht, mentale gezondheid en integratiekansen. ‘Vluchtelingen hebben vaak heel Nederland al gezien. Ze zijn verplaatst van Ter Apel naar Rotterdam, Den Helder en weer terug. Mensen voelen zich onveilig en moeten hier weer opnieuw beginnen’, legt Badawi uit.
Ongekende ramp
Vluchtelingen integreren sneller vanuit kleine opvanglocaties, gelegen in de buurt van een dorp of stad, blijkt uit recent onderzoek. Ook maakt het veel verschil als zij later in dezelfde gemeente kunnen blijven wonen. Dit soort stabiele opvang is niet alleen menswaardiger maar ook goedkoper dan de tijdelijke noodopvanglocaties. ‘Iedereen is dus gebaat bij fatsoenlijke, duurzame opvang’, legt Myrthe Wijnkoop uit. ‘En daar kan de Spreidingswet voor zorgen.’ Gemeenten en provincies geven aan dat zij de wet nodig hebben om de ontwikkeling van azc’s te verantwoorden. Dat blijkt ook in de praktijk: sinds de invoering van de wet maakten zij al plannen voor maar liefst 80.000 nieuwe plekken.
‘Maar goede opvangplekken passen niet in het plaatje van “het strengste asiel beleid ooit”,' vertelt Doomernik over het voornemen van het kabinet om de wet in te trekken. ‘Blijkbaar wil de regering asielzoekers zo karig mogelijk opvangen en zo ver mogelijk van de samenleving plaatsen. Met de intrekking van de Spreidingswet, bovenop de aangekondigde torenhoge bezuinigingen, stevent de overheid af op een ongekende ramp. De wachttijden en het opvangtekort maken het straks misschien haast onmogelijk om bescherming te krijgen. En dan is die daar eindelijk: de échte asielcrisis.’
Asieldebat fabel 4: Nederland kan het Vluchtelingenverdrag opzeggen
Het Vluchtelingenverdrag van 1951 vormt de basis van internationale vluchtelingenbescherming. Het verdrag bepaalt wie als vluchteling wordt erkend en recht heeft op bescherming, welke rechten en plichten zij hebben, en dat landen vluchtelingen niet mogen terugsturen naar een onveilige situatie.
Sommige politieke partijen willen af van het Vluchtelingenverdrag. Dat idee komt telkens weer terug in het asieldebat. Zo deed het kabinet-Rutte III in 2020 onderzoek naar het Vluchtelingenverdrag. Zij concludeerde al dat opzeggen of wijzigen weinig toevoegde waarde heeft. De rechten van vluchtelingen en asielzoekers en de verplichting hen te beschermen zijn namelijk ook op andere manieren verankerd, in Europese wetten bijvoorbeeld en in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Daaraan blijft Nederland gebonden.
Een onzinnig idee
‘Het Vluchtelingenverdrag speelt ook een cruciale rol voor de internationale rechtsorde’, benadrukt Wijnkoop. ‘Vluchtelingenopvang is geen Europees, maar een mondiaal vraagstuk. Buurlanden van conflictgebieden vangen momenteel zo’n 70% van alle vluchtelingen op. Wat gebeurt er als zij allemaal de grenzen sluiten?’ Het verdrag opzeggen is dan ook om meerdere redenen een onzinnig idee. Voor vluchtelingen, de wereld én voor de mensen die het opperen.
Asieldebat fabel 5: Vluchtelingen veroorzaken de wooncrisis
Er is maar één oorzaak van het woningtekort: het falende woonbeleid van vele jaren. Er zijn te weinig sociale huurwoningen gebouwd. Tegelijkertijd nam de vraag toe door demografische veranderingen; er zijn meer alleenstaanden, gescheiden gezinnen en zelfstandig wonende ouderen. Asielmigratie draagt bij aan de vraag naar meer woningen, maar dan heb je het over gemiddeld rond de tien procent van de sociale huurwoningen.
Sterker nog: vluchtelingen hebben óók last van het woningtekort. Veel statushouders verblijven, zelfs nadat ze een verblijfsvergunning kregen, steeds langer in tijdelijke opvanglocaties. Dat vluchtelingen de schuld van het tekort in de schoenen krijgen geschoven, raakt Badawi. ‘Tien jaar geleden hoorde ik er al over. Al die jaren deed de overheid niets om het op te lossen. En nu wordt er naar vluchtelingen gewezen? Dat is pijnlijk.’
Spreek je uit tegen #averechtsbeleid
Spreek jij je ook uit tegen het beleid van Faber? Want dit kabinet ontneemt vluchtelingen hun rechten en laat het asielsysteem bewust verder vastlopen. Dit is geen rechts beleid, maar #averechtsbeleid. Kom in actie!